zaterdag 3 mei 2008

Kotsverdomme!

Sorry dat ik dit artikel zo krachtig begin, maar ik kon even niets anders bedenken, toen ik zoëven in NRC/Handelsblad las dat minister van justitie Hirsch Ballin in een conceptbrief te kennen heeft gegeven dat niet alleen het beledigen van god, maar ook 'belediging van andere aspecten van godsdienst of levensovertuiging strafbaar [moeten] worden'.

Dit moet impliceren dat ook het beledigen van „heilige boeken of andere kernwaarden van een godsdienst of levensovertuiging” bestraft moeten worden.

Het huidige verbod op godslastering -uit artikel 147 van het Wetboek van Strafrecht *)- moet volgens Hirsch Ballin hanteerbaar gemaakt worden door de wet zodanig te wijzigen dat het niet meer nodig is te bewijzen dat de beschuldigde daadwerkelijk de bedoeling had om god te beledigen.

Het wordt steeds achterlijker in dit christenfundamentalistische knikkerland (waar het NIET om het spel gaat, maar WEL om de knikkers).

Wanneer je overal rond bazuint dat je iemand vermoord hebt, gebeurt er niks, zolang als er geen lijk gevonden wordt, of tot er ten minste iemand vermist wordt, maar het is hier wél mogelijk om iemand te beledigen die niet bestaat. En alsof het al niet genoeg is dat niet-bestaande entiteiten beledigd schijnen te kunnen worden, moet dit ook nog eens gaan gelden voor boeken of andere zaken die met het betreffende bijgeloof te maken hebben.

Is het beledigend als ik stel dat de bijbel niets anders is dan een verzameling oude sprookjes? Ik wil het nog wel eens zien!

*) Artikel 147:
Met gevangenisstraf van ten hoogste drie maanden of geldboete van de tweede categorie wordt gestraft:
1°. hij die zich in het openbaar, mondeling of bij geschrift of afbeelding, door smalende godslasteringen op voor godsdienstige gevoelens krenkende wijze uitlaat;

1 opmerking:

Anoniem zei

gelukkig! welkom terug!

Inderdaad: bespottelijk bericht alweer. Hirsch Ballin heeft meer boter op het hoofd dan je zou verwachten. Of te lang in de zon gezeten. Het kan ook een beginnende Alzheimer zijn, dan keer je soms terug naar je jeugd (bij hem ca 1950?). Gelukkig gaat het om een concept van een brief.

Er is natuurlijk een kostelijk logisch vervolg op dit gedoe: het gaat immers ook om het bestraffen van het beledigen van een levensovertuiging. De mijne is, dat er geen god bestaat. Om die overtuiging mogen de andere levensovertuigingen inclusief de bewonders van het sprookjesbos mij niet beledigen en kan ik dus de godsgelovigen aanklagen als ze mijn levensovertuiging beledigen! Dat schept zeer veel mogelijkheden! Ook voor minder bekende levensovertuigingen zoals die van de Raelianen. Of de levensovertuiging van een oud-collega van me, namelijk: "het vlees is beter dan de benen"

Hoe moeten we de grenzen van het begrip "smalen" uitleggen? Ik vermoed dat er nog nauwelijks Nederlanders zijn die dat woord kennen... dat de bijbel een sprookjesboek is mag je dus best zeggen, als het naar niet smalend klinkt, doch op neutraal beschouwende toon wordt gezegd.

Al met al voer te over voor cabaretiers!

Tot lezens,
Blatant Bill