door Frei Betto en João Pedro Stétile, gepubliceerd op 19.05.2010 door ALAI
Na de Tweede Wereldoorlog, toen de gealliëerde troepen gezegevierd hadden, probeerde de Verenigdestaatse regering maximaal te profiteren van haar militaire overwinning. Zij gaf vorm aan de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties, geleid door een Veiligheidsraad, die weer werd geleid door de zeven machtigste landen, die vetorecht hadden over de beslissingen van de overige leden.
Zij legde de dollar op als internationale munt, onderwierp Europa aan het Marshallplan voor economische hulp en installeerde meer dan 300 militaire basis in Europa en Azië, tegen welke flagrante ingrepen de regeringen en de massamedia van die landen nooit hun stem verhieven.
Niet de hele wereld boog voor het Witte Huis, omdat de Sovjet-Unie de machtsverhoudingen in evenwicht kon houden. Het was tegen de Sovjet-Unie dat de VS een onbegrensde oorlog voerde, zonder politiek, militair of ideologisch de overwinning te kunnen behalen.
Vanaf de jaren 1990, stond de wereld onder de totale hegemonie van de regering en het kapitaal van de VS, die hun beslissingen aan alle regeringen en volkeren begon op te leggen en hen behandelde als koloniale vasalstaten.
Toen alles rustig leek in het door Uncle Sam overheerste wereldrijk, begon er weerstand te ontstaan. In Latijns-Amerika kozen, naast Cuba, andere volkeren anti-imperialistische regeringen. In het Midden-Oosten moesten de VS hun toevlucht nemen tot militaire invasies om de controle te behouden over de aardolie, ten koste van de levens van duizenden Afghanen, Irakezen, Palestijnen en Pakistani's.
In deze context stond in Iran een regering op die vastbesloten was zich niet te onderwerpen aan de belangen van de VS. In het kader van haar beleid van nationale ontwikkeling, werden kerninstallaties gesticht, en dat was niet acceptabel voor het Imperium.
Het Witte Huis accepteert geen democratie tussen de volkeren, die impliceert dat alle landen gelijke rechten hebben. Het accepteert niet dat alle landen en hun eigen regeringen hun eigen natuurlijke hulpbronnen beheren.
De VS hebben hun nucleaire technologie overgedragen aan Pakistan en Israel, die nu beschikken over kernbommen. Maar ze toleren niet dat Iran toegang heeft toch nucleaire techologie, zelfs niet voor vreedzame doeleinden. Waarom? En waar komt die imperiale macht vandaan? Misschien uit een internationale overeenkomst? Nee, alleen uit hun militaire arrogantie.
In Israel maakte, al meer dan twintig jaar geleden, Moshai Vanunu bekend dat de regering al beschikte over de atoombom. Hij werkte in een kerncentrale en was bezorgd over de onzekerheid die dat voor de hele regio betekende. Het gevolg is dat hij werd ontvoerd en tot levenslange gevangenschap werd veroordeeld. Deze werd onder grote internationale druk omgezet in twintig jaar. Tot op heden staat hij onder huisarrest en is het hem verboden contact te hebben met welke buitenlander dan ook.
Wij zijn allemaal tegen de wapenwedloop en tegen buitenlandse militaire bases in onze landen. Wij zijn, vanwege de risico's, tegen het gebruik van kernenergie, en tegen het misbruik van zoveel economische middelen voor militaire uitgaven.
De Iraanse regering waagt het haar souvereiniteit te verdedigen. De USAmerikaanse regering is alleen Iran nog niet binnengevallen omdat het land 60 miljoen inwoners heeft, omdat het een oliemacht is en omdat het een nationalistische regering heeft. De omstandigheden zijn heel anders dan in het moeras dat Irak heet.
Gelukkig hebben de Braziliaanse diplomatie en die van andere landen zich in de strijd gemengd. Wij hopen dat de rechten van Iran gerespecteerd worden, zoals die van elk willekeurig ander land, en zonder militaire dreigementen. We dringen aan op meer campagnes, over de hele wereld, voor militaire en nucleaire ontwapening. Hopelijk worden zo spoedig mogelijk de aan militaire kosten gespendeerde middelen bestemd voor het oplossen van problemen zoals de honger, die meer dan een miljard mensen treft.
Sociale bewegingen en milieu-organisaties, kerken en internationale organisaties ontmoetten elkaar onlangs in Cochabamba bij een wereldwijde milieu-conferentie, bijeengeroepen door president Evo Morales. Daarbij werd besloten tot een wereldreferendum in april 2011. Alle mensen worden opgeroepen om na te denken en te stemmen of ze accoord zijn met de aanwezigheid van buitenlandse militaire bases in hun landen, met de buitensporige militaire kosten en met het gegeven dat de landen van het Zuidelijk Halfrond nog steeds de rekening betalen van de door de vervuilende industrieën uit het Noorden aangerichte milieu-schade.
Het zal een lange strijd zijn, maar het is best mogelijk dat we in die week een kleine anti-imperialistische overwinning te vieren hebben.
- Frei Betto is schrijver
- João Pedro Stedile leidt Via Campesina
Vertaald uit het Portugees door Dwarslezer
Geen opmerkingen:
Een reactie posten