De koninginnelijke kersttoespraak (integraal gepubliceerd in Trouw) laat geen twijfel bestaan over Bea's inspiratiebronnen. Ze begint tenminste met het verhaal van de geboorte van "het Kerstkind", waardoor God "zijn belofte aan de mensen vervult". En aan het einde komt ze daar nog eens op terug: "Aan het begin van geloof staat het woord [beetje vaag, vind ik!]. In het kerstfeest ervaren mensen dit als een blijde boodschap: het woord wordt waarheid [nog vager]. Hoe dat ook beleefd mag worden, waar het op aan komt is in onze gedachten en daden wéérklank te geven aan dat woord [welk woord?]. Moge de bezinning van Kerstmis ons hierin bezielen. Ik wens u allen gezegende kerstdagen toe."
Tussendoor heeft zij het dan over vrijheid van meningsuiting, maar die wordt meteen beperkt door "normen van moraal en beschaving", die -volgens Beatrix- "het fundament [zijn] van een samenleving die uitgaat van eerbied voor de medemens". Een verstandige opmerking is daarbij dat "niemand [...] zijn eigen overtuiging [kan] opleggen aan een ander".
Ze verwijst ook naar "een privédomein", waarin mensen "hun persoonlijke leven vorm [kunnen] geven in eigen identiteit, vrienden en een vertrouwde omgeving", waarin "wij elkaar over en weer in waarde [moeten] laten".
Het middenstuk van het verhaal is niet onzinnig, natuurlijk, maar waarom is ze niet een beetje duidelijker? Waarom veroordeelt ze niet de communistenhaat, de jodenhaat, de angst voor moslims? Waarom vertelt ze niet dat ook (en met name) politici die "normen van moraal en beschaving" moeten uitdragen? Waarom betreurt ze het niet dat de dagbladpers in Nederland bijna in haar totaliteit in neoliberale (of conservatieve) wateren vaart, resp. vist?
Wat hebben we aan fraaie woorden, wanneer de 'regering' Balkenende, met Bea's eigen permissie nog eens extra geprolongeerd, de meest asociale is die Nederland sinds de tweede wereldoorlog gekend heeft. Wel een grote mond over normen en (christelijke) waarden, maar intussen vluchtelingen na jaren het land uittrappen, omdat er geen plaats is in de Nederlandse herberg. Of is de verwijzing naar het kerstgebeuren een stille (érg stille) verwijzing naar mensen die de deur gewezen wordt?
Het kader (begin en einde) komt een beetje over als een ouderwetse (voor mij althans, want ik heb al decennia geleden afstand genomen van het geloof - welk geloof dan ook) preek: veel fraai klinkende woorden en een beetje mystiek, zodat iedereen er iets in kan vinden. Het heeft verder allemaal niet veel om het lijf. Het maakt niet uit of je wat aanhaalt uit het oudste voorbeeld van Hoe hoort het eigenlijk? of uit de Sprookjes van Grimm.
Ik weet niet of Beatrix zelf gelooft in hetgeen de bijbel vertelt, maar ze zal het nooit toegeven, kunnen toegeven, als ze dat niet doet. De Oranjes (of wat daar dan voor moet doorgaan) menen namelijk "bij de gratie gods" het recht te hebben om over Nederland te heersen. Bovendien denk ik dat er proportioneel meer anti-monarchisten zijn onder niet-gelovigen dan onder gelovigen, dus misschien was deze kersttoespraak wel een preek voor eigen parochie en had ik hem helemaal niet mogen lezen. Het interesseert me overigens ook absoluut niet of Beatrix (of wie dan ook) gelooft en wat ze gelooft, zolang als ik maar het recht heb om niet mee te hoeven doen met allerlei ge-alleluja. Wat koop ik bijvoorbeeld voor "gezegende kerstdagen"? Nog afgezien van het feit dat dit wel een erg karige wens is. Ik wens in ieder geval iedereen - óók Bea - een allerbeste gezondheid, veel geluk en solidariteit, en niet alleen tijdens de twee kerstdagen, maar tot in lengte van dagen en jaren!
Het zou hoe dan ook goed geweest zijn als Bea in haar toespraak ook had aangegeven dat gelovigen niet altijd gelijk hebben, ook al menen ze dat wel - omdat ze hun waarheid immers in de bijbel (menen te) lezen, er daarbij ten eerste niet bij stilstaand dat de bijbel talloze malen vertaald en herschreven is, waardoor wat er in de huidige bijbel staat lang niet altijd overeenkomt met de betekenis van de originele teksten; en ten tweede dat de bijbel zélf wel kan aangeven dat hij het woord van god bevat, maar dat betekent uiteraard niets. De bekendste krant in de Sovjet Unie tooide zich met de naam Pravda [= waarheid; overigens kende ook Nederland een communistisch dagblad De Waarheid], maar dat betekende uiteraard niet dat die krant de waarheid vermeldde. Ik kan daarom niet inzien waarom de schrijver(s) van de bijbel wél op hun woord geloofd moet(en) worden en de redacteurs van Pravda/De Waarheid niet. Overigens vraag ik me af of de bijbel vanaf het begin vermeldde dat hij gods woord bevat, of dat dat er bijv. na het concilie van Nicea aan is toegevoegd...
In deze context wil ik ook nog even verwijzen naar een artikel in The Guardian. Volgens een afgelopen zaterdag gepubliceerde enquête zijn er "meer mensen in Groot Brittannië die denken dat godsdienst schadelijk is dan dat hij goed doet". De resultaten tonen aan "dat een overweldigende meerderheid godsdienst ziet als een oorzaak van verdeeldheid en spanningen - veel meer dan een kleinere meerderheid die meent dat hij ook positief kan zijn"
Geen opmerkingen:
Een reactie posten