De (gratis) populair-wetenschappelijke webpublicatie Scientias had gisteren een artikel onder de titel Experts stellen nogmaals: 5G is niet schadelijk voor de gezondheid. Omdat ik al jaren mijn twijfels heb over de gezondheid van alle electromagnetische velden die -zeker na de invoering van de mobiele telefonie- van de aarde steeds meer een soort grote magnetron aan het maken zijn, was ik zeer benieuwd naar de wetenschappelijke redenering van die "experts"...
Die redenering blijkt dus behoorlijk tegen te vallen, en dat wordt al meteen door de onderkop. Die stelt namelijk dat "binnen de huidige blootstellingslimieten [...] weinig tot geen risico [lijkt] te bestaan op nadelige gezondheidseffecten. Let goed op het koppelwerkwoord: lijken! Ze hebben dus nog helemaal niets bewezen. Sterker nog, hun 'conclusies' gelden ook nog eens alleen "binnen de huidige blootstellingslimieten", en die zijn vooral op hoop van zegen bepaald. Die hebben niets te maken met de gezondheid van de mensheid als geheel, maar met een acceptabel risico. Als bijvoorbeeld 0,3% van de bevolking wel nadelige gezondheidseffecten ondervindt, wordt dat beschouwd als een aanvaarbaar risico. Die 0,3% zijn dan 'collateral damage', zoals de Verengdestaatse oorlogsmachine die ook altijd incalculeert bij haar koloniale oorlogen.
Het artikel merkt verder op dat "onderzoekers van een nieuwe studie[...] korte metten [maken]" met de angst voor de gezondheid, maar in de volgende zin wordt toch niet meer verteld dan het hierboven gemelde over "weinig tot geen risico" en "binnen de huidige blootstellingslimieten".
We moeten echter kennelijk hoe dan ook begrijpen, dat we die "meer capaciteit" en een "hogere snelheid" van de verbinding absoluut nodig hebben om het snel groeiende "dataverkeer op de huidige draadloze netwerken te beheren".
MAAR: is al dat dataverkeer noodzakelijk? "Vroeger" waren er telefooncellen (bij manier van spreken op elke straathoek), van waaruit mensen andere mensen konden opbellen als er iets te melden was. Een heel groot deel van de gesprekken die momenteel mobiel gevoerd worden -en ik heb er heel wat gehoord (althans meestal de helft ervan) tijdens mijn vele jaren als treinforens- is bepaald niet noodzakelijk ("waar ben je nu?""O, ik zit in de trein."), al zullen de bellers ook dit belangrijk vinden. Ik heb sterk de indruk dat de bellers zich vervelen, terwijl reizen per trein toch bij uitstek mogelijkheden biedt om wat te lezen, of eventueel een kruiswoordpuzzle te maken.
En het lijkt mij ook bepaald niet noodzakelijk dat mijn ijskast regelmatig nieuwe spullen bestelt bij de supermarkt als mijn voorraad op aan het raken is. En misschien is het wel aangenaam warm als ik onderweg naar huis mijn verwarming vast een beetje opstook, maar noodzakelijk is ook dát niet bepaald.
Bovendien, in deze tijd van klimaatproblematiek leidt al dit dataverkeer ook tot meer energiegebruik, lees energieverspilling.
Als we trouwens op de huidige voet doorgaan met meer en snellere dataverbindingen, zijn over een aantal jaren alle (en ik bedoel letterlijk alle!) frequenties opgebruikt, en zal er niets anders opzitten dan koeriers sturen met onze berichten, zoals een aantal eeuwen geleden, en dat is bepaald niet sneller!
Die redenering blijkt dus behoorlijk tegen te vallen, en dat wordt al meteen door de onderkop. Die stelt namelijk dat "binnen de huidige blootstellingslimieten [...] weinig tot geen risico [lijkt] te bestaan op nadelige gezondheidseffecten. Let goed op het koppelwerkwoord: lijken! Ze hebben dus nog helemaal niets bewezen. Sterker nog, hun 'conclusies' gelden ook nog eens alleen "binnen de huidige blootstellingslimieten", en die zijn vooral op hoop van zegen bepaald. Die hebben niets te maken met de gezondheid van de mensheid als geheel, maar met een acceptabel risico. Als bijvoorbeeld 0,3% van de bevolking wel nadelige gezondheidseffecten ondervindt, wordt dat beschouwd als een aanvaarbaar risico. Die 0,3% zijn dan 'collateral damage', zoals de Verengdestaatse oorlogsmachine die ook altijd incalculeert bij haar koloniale oorlogen.
Het artikel merkt verder op dat "onderzoekers van een nieuwe studie[...] korte metten [maken]" met de angst voor de gezondheid, maar in de volgende zin wordt toch niet meer verteld dan het hierboven gemelde over "weinig tot geen risico" en "binnen de huidige blootstellingslimieten".
We moeten echter kennelijk hoe dan ook begrijpen, dat we die "meer capaciteit" en een "hogere snelheid" van de verbinding absoluut nodig hebben om het snel groeiende "dataverkeer op de huidige draadloze netwerken te beheren".
MAAR: is al dat dataverkeer noodzakelijk? "Vroeger" waren er telefooncellen (bij manier van spreken op elke straathoek), van waaruit mensen andere mensen konden opbellen als er iets te melden was. Een heel groot deel van de gesprekken die momenteel mobiel gevoerd worden -en ik heb er heel wat gehoord (althans meestal de helft ervan) tijdens mijn vele jaren als treinforens- is bepaald niet noodzakelijk ("waar ben je nu?""O, ik zit in de trein."), al zullen de bellers ook dit belangrijk vinden. Ik heb sterk de indruk dat de bellers zich vervelen, terwijl reizen per trein toch bij uitstek mogelijkheden biedt om wat te lezen, of eventueel een kruiswoordpuzzle te maken.
En het lijkt mij ook bepaald niet noodzakelijk dat mijn ijskast regelmatig nieuwe spullen bestelt bij de supermarkt als mijn voorraad op aan het raken is. En misschien is het wel aangenaam warm als ik onderweg naar huis mijn verwarming vast een beetje opstook, maar noodzakelijk is ook dát niet bepaald.
Bovendien, in deze tijd van klimaatproblematiek leidt al dit dataverkeer ook tot meer energiegebruik, lees energieverspilling.
Als we trouwens op de huidige voet doorgaan met meer en snellere dataverbindingen, zijn over een aantal jaren alle (en ik bedoel letterlijk alle!) frequenties opgebruikt, en zal er niets anders opzitten dan koeriers sturen met onze berichten, zoals een aantal eeuwen geleden, en dat is bepaald niet sneller!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten