donderdag 26 september 2002

Wie maakt de LPF zwart?

Briefschrijver P. Versnel uit Amsterdam maakt zich (in deMetro van vandaag) druk over "die zwartmakerij van de LPF". Hij wordt daar "kotsmisselijk" van.

Ik kan me dat best voorstellen. Hij/zij heeft LPF gekozen en het is pijnlijk om te moeten constateren dat je gekozen hebt voor de een dergelijke partij. Hij/zij moet zich echter niet kwaadmaken over "gefrustreerde oppositionele critici", maar op de mede door hem/haar gekozen mensen, die zélf hun eigen partij zwart maken. In een klein half jaartje heeft de LPF al meer schandalen veroorzaakt (met wachtgeld beloonde leugens, rechtvaardiging van te hard rijden, achtertuintjespolitiek, ruzies rond Matt Herben, dubieuze uitspraken van Hoogendijk en nu weer de ruzie rond Winny de Jong, enz.) dan andere partijen in een hele regeerperiode. En dan heb ik het nog niet over de onevenwichtige begroting voor de regeerperiode, want daar zijn ook CDA en VVD medeplichtig aan.

Respect volgens de LPF

Volgens Tweede Kamerlid van Ruiten (LPF) is de kern van het probleem dat jongeren geen respect voor ouderen wordt bijgebracht: "Dat begint al op de kleuterschool, waar tutoyeren gewoon is". Onderwijskrachten voeden volgens hem niet op, maar houden zich alleen bezig met het overdragen van kennis. (Metro)

Ik weet niet waar Tweede-Kamerlid Van Ruiten (LPF) zijn opvoedkundige kennis vandaan heeft, maar ik betwijfel eerlijk gezegd of hij er allemaal veel van begrepen heeft. Hij concludeert kennelijk dat bij jongeren het gebrek aan respect voor ouderen zijn oorsprong heeft op de kleuterschool, "waar tutoyeren gewoon is". In (o.a.) Engelstalige landen wordt iedereen noodgedwongen getutoyeerd (uitgezonderd God), omdat er simpelweg geen aparte U- en jij-vormen bestaan voor het persoonlijk voornaamwoord in de tweede persoon. Hebben daarom Engelstaligen minder respect voor ouderen dan bijv. Frans- of Duitstaligen, waar dat onderscheid wél duidelijk gemaakt wordt?

woensdag 25 september 2002

Tendentieuze borrelpraat


In de Metro van vandaag reageert M. de Zeeuw uit Rotterdam op een eerdere brief van de heer Williams uit Heerhugowaard, die "stelt dat autochtonen meer een beroep doen op uitkeringen dan allochtonen".


M. de Zeeuw geeft toe dat dat wel juist kan zijn "als we het hebben over absolute aantallen. Er zijn immers meer autochtonen dan allochtonen." Hij/zij verwijst daarbij naar een onderzoek van het Ministerie van Sociale Zaken, "waarbij het gebruik van uitkeringen wordt uitgesplitst per nationaliteit. Allochtonen scoren in alle opzichten slechter dan autochtonen. De beweringen van de heer Williams kunnen worden afgedaan als politiek-correcte borrelpraat".

Ik mis een belangrijk argument in de (brief-)discussie over het feit dat er naar verhouding meer allochtonen met een uitkering zijn dan autochtonen. Als ik ervan uitga dat de cijfers van Sociale Zaken kloppen (en ik heb geen redenen om daar aan te twijfelen), dan is deze rare verhouding nog niet vreemd. Immers, de rotste banen zijn altijd voor de allochtonen. Is het dan te verwonderen dat een groep die wordt opgezadeld met de gevaarlijkste en zwaarste banen, daar ook meer nadelige gevolgen van ondervindt dan de groep van de autochtonen, die zich beperken tot de minder vervelende banen? Het zou mij niets verwonderen, wanneer een onderzoek waarin ook de zwaarte van de banen verdisconteerd wordt een heel ander beeld zou geven...

Ik wil niet zover gaan om te beweren dat de opmerking van M. de Zeeuw niet meer is dan kroegpraat, maar hij is in ieder geval wel behoorlijk tendentieus.

Vreemde taal bedreigend, of het vooroordeel?


In een ingezonden brief in de Metro van vandaag merkt S. van der Hoek uit Vlaardingen o.a. op "Natuurlijk worden niet alle moslimvrouwen geslagen, maar het komt geregeld voor."

Hij/zij vindt ook dat "Allochtonen toleranter zouden moeten worden. Spreek Nederlands in de tram, metro en trein. Ik hoef toch niet het gevoel te hebben dat ik in het buitenland woon?"

S. staat er zeker niet bij stil dat ook Nederlandse en (bijv.) Franse vrouwen geregeld geslagen worden (en laten we het dan maar even niet hebben over Amerikaanse vrouwen), maar natuurlijk moeten vrouwen (en andere mensen) niet geslagen worden.

Ik zou nog graag willen weten of S. het even storend vindt, wanneer bijv. Britten in het Engels met elkaar spreken in de tram, ook al wonen ze in Nederland. Ik vermoed van niet. En waarom zouden allochtonen eigenlijk ook in het Nederlands moeten communiceren met elkaar? Het is wel handig als ze zich in het Nederlands goed kunnen uitdrukken, omdat ze nu eenmaal in Nederland wonen en het toch wel belangrijk is te weten hoe deze samenleving reilt en zeilt, en omdat ze tenslotte ook met Nederlanders zullen moeten communiceren.

Een ander punt is, dat mensen soms in hun communicatie bedreigend kunnen overkomen, wanneer ze zich luidruchtig en opdringerig uiten (maar dat geldt evengoed voor bijv. groepjes Nederlandse jongeren). Het feit dat de vreemde taal onverstaanbaar is, zal wel bijdragen aan het gevoel van onbehagen, maar de manier waarop gesproken wordt is van veel meer belang dan de gebezigde taal. Ik heb me in een Grieks restaurant in Amsterdam wel eens flink plaatsvervangend zitten schamen om een groepje in Ajax-parafernalia geklede Nederlanders, die de ober voortdurend aanspraken met "Lesbos" (lachuuu!).

Trouwens, al eens groepen Nederlanders aan de Spaanse kusten ontmoet? Die spreken ook alleen Nederlands, met uitzondering wellicht van (verkeerd uitgesproken) kreten als "dos cerveza". Dat zijn bepaald geen situaties om trots te zijn op je landgenoten...

Iedereen die ervaring heeft met "vreemde" talen weet overigens dat het heel moeilijk is om zich in alle opzichten in een andere taal even goed uit te drukken als in de moedertaal.

dinsdag 24 september 2002

Goed lezen is ook een kunst, mevrouw Rice!

Nationaal Veiligheidsadviseur (van de USA) Condoleezza Rice heeft zich behoorlijk opgewonden over de opmerkingen van Herta Daubler-Gmelin, de Duitse minister van Justitie, waarin ze de methoden van Bush en Hitler met elkaar vergeleken had. Rice begreep (volgens de Volkskrant van 23 september) niet hoe "de naam Hitler en de naam van de president van de Verenigde Staten in één zin" gebruikt kunnen worden. En ze begreep vooral niet hoe een Duitser zoiets kon doen, na de "toewijding van de VS om Duitsland van Hitler te bevrijden".

Misschien heeft mevrouw Rice niet goed opgelet op school, maar de VS hebben zich helemaal niet ingezet voor de bevrijding van Duitsland. Sterker nog, de hele Tweede Wereldoorlog liet de VS-regering koud, totdat Japan Pearl Harbour aanviel. En de belangrijkste reden om zich met Europa te bemoeien was ongetwijfeld, dat de Sovjets steeds meer terrein begonnen te veroveren, en dat was natuurlijk niet zo prettig voor de US. Dan zouden ze immers een belangrijk afzetgebied kwijtraken, waar ze juist na de oorlog veel hoopten af te zetten (wederopbouw en zo).

Het geneuzel over Hitler en Bush in één zin (ik zou daarvoor zelfs nog wel argumenten kunnen aandragen als ik zou willen) is een ander bewijs voor de oppervlakkigheid van Rice. De beide namen staan nl niet in één zin, maar in één alinea.

Het citaat luidt letterlijk: "Bush will von seinen innenpolitischen Schwierigkeiten ablenken. Das ist eine beliebte Methode. Das hat auch Hitler schon gemacht." (Schwäbisches Tagblatt, 19.09.2002). De betreffende tekst is in o.a. de New York Times correct vertaald.

En voordat iemand nu beweert dat de Volkskrant het misschien wel verkeerd vertaald heeft ("zin" in plaats van "alinea"), hier is het letterlijke citaat van Rice: "How can you use the name of Hitler and the name of the president of the United States in the same sentence?" (Financial Times, 22.09.2002).

Zeur zelf eens wat minder!

Bakker uit Geleen valt in de Metro over "het gezeur over het koningshuis" en hij vraagt zich af: "Wat geloven die mensen nou eigenlijk, dat een republiek geen geld kost?"

Een monarchie is echter niet te vergelijken met een republiek. Dat is hetzelfde als appeltaart vergelijken met kippenhokken. Een monarchie impliceert een erfelijk staatshoofd met zijn entourage, daar zou dan een president tegenover moeten staan. Een president is dan goedkoper, omdat daarbij geen familieleden tot in de tigste graad uit de staatsruif hoeven te eten. Een republiek is een staatsvorm, met als monarchistische tegenpool een koninkrijk. Het moge duidelijk zijn, de kosten van een Republiek der Nederlanden zullen niet veel verschillen van het Koninkrijk der Nederlanden.

Een veel belangrijker argument tegen de monarchie is echter het feit dat iedere imbeciel koning kan worden, als hij maar op het goede moment in de juiste wieg geboren wordt. Gezien de feitelijke macht die een monarch kan uitoefenen (Beatrix en Juliana hebben daar diverse voorbeelden van gegeven) is dat een heel griezelige gedachte. Een president kan ook een imbeciel zijn, maar dan kon hij alleen maar president worden doordat hij door een nog imbecieler volk gekozen werd, en doordat hij in elk geval zich daarvoor heeft moeten inspannen om zijn tegenkandidaat/-kandidaten te verslaan. Ik hoop dat de kiezers toch echter slimmer zullen zijn dan een imbeciel als president te kiezen (hoewel het er maar somber uitziet met de huidige toestand van het onderwijs...). En dan mogen we hopen dat de resultaten van een eventuele presidentsverkiezing in Nederland minder gemakkelijk te manipuleren zijn dan in bijv. de VS...

woensdag 18 september 2002

Stiefmoeder des vaderlands

Volgens de "Troonrede" gaat iedereen er het komende jaar op achteruit (kop op de voorpagina van de Volkskrant van vandaag: "Koopkracht alle Nederlanders gaat erop achteruit" en op pagina 3: "Huishoudens gaan het voelen in de portemonnee". De koningin vertelt dat dit nodig is "om de werkgelegenheid te vergroten, de inflatie terug te dringen en (...)".

Intussen meldt de Metro vandaag dat het inkomen van de koningin verhoogd wordt naar "bijna 4 miljoen euro, iets meer dan vorig jaar"...

Het moge duidelijk zijn dat de monarchie in Nederland geen enkele bestaansgrond heeft: Beatrix wordt door sommigen (hoe onbegrijpelijk ook) beschouwd als een soort moeder des vaderlands. Een echte moeder zou zich echter het brood uit de mond sparen om haar kinderen zo goed mogelijk bij te staan in moeilijke tijden.

Is het mij euvel te duiden, dat ik af en toe visioenen zie van de stiefmoeders van Sneeuwwitje en van Assepoester?

vrijdag 6 september 2002

Hardrijden mag - van Heinsbroek

Minister Heinsbroek geeft in een interview te kennen dat de normen en waarden weer terug moeten komen. In hetzelfde interview stelt hij echter ook dat de politie zich niet bezig moet houden met mensen die 10 of 15 km harder rijden dan de maximumsnelheid, maar dat ze belangrijke dingen moeten doen, zoals dieven vangen.

Heinsbroek zal er beslist begrip voor hebben dat ik vind dat hij 1000 handgeschreven strafregels moet schrijven: "Ik mag niet mijn eigen normloosheid als belangrijker beschouwen dan de wettelijk vastgelegde normen en waarden".

En daarna moet hij misschien ook maar strafrechtelijk vervolgd worden voor zijn oproep tot overtreding van de maximumsnelheid!

maandag 2 september 2002

Kolossale blinde vlek bij Balkenende!

Balkenende geeft te kennen dat de neergang van normen en waarden moet worden bestreden en hij wijt die neergang aan het "consumentengedrag" van de burgers.

Hoe denkt hij echter dit consumisme te kunnen keren zonder in de problemen te komen met de huidige politiek (niet alleen in Nederland). Het consumentengedrag is immers een rechtstreeks gevolg van het kapitalisme, dat juist van dat consumentengedrag profiteert. Tot welke extremen dat kan leiden is bijv. duidelijk te zien in de USA, waar de economische belangen (die van het kapitalisme dus) zwaarder wegen dan internationale verdragen (zoals dat van Kyoto), waarmee in feite bevestigd wordt dat het milieu (het welzijn van de mensen dus) minder belangrijk is dan het kapitalistische winstbejag.

Ik wens Balkenende veel succes, maar misschien moet hij zich al voorbereiden op de vraatzuchtige kantjes van het kapitalisme en van de USA: Op 11 september 1973 werden de democratisch gekozen regering en president van Chili uitgemoord omdat Allende en zijn regering ook een andere visie hadden over de inrichting van hun samenleving.