donderdag 27 maart 2014

Catalonië en het recht om te beslissen (overgenomen artikel)

Het volgende artikel, van de hand van Vicenç Navarro, hoogleraar Politieke Wetenschappen en Openbaar Beleid aan de Universiteit Pompeu Fabra in Barcelona, werd gepubliceerd in Público en met toestemming hier door mij overgenomen [vertaald door mijzelf (*)]. Ziehier voor de originele (Spaanstalige) versie van dit artikel.



Anders dan wat het Spaanse establishment (de structuur van de politieke en media-macht, die de parameters definieert van wat in het land gedacht moet worden) benadrukt, was de Transitie van de dictatuur naar de democratie geen modelproces, het product van een overeenstemming tussen gelijkwaardigen, tussen de erfgenamen van de overwinnaars (rechts en extreemrecht in de Europese politieke waaier) en de erfgenamen van de verliezers (links en de andere democratische krachten) in wat in Spanje de Burgeroorlog wordt genoemd. In de officiële versie van de Transitie, wordt deze voorgesteld als een breuk met de voorafgaande dictatoriale staat, waarbij -als gevolg van die Transitie, een democratische staat is ontstaan die gelijkgesteld kan worden met om het even welke democratie in West-Europa. En de Grondwet van deze nieuwe staat wordt gepresenteerd als het resultaat van die consensus tussen gelijken, hetgeen het wettelijke kader bevestigt waarin de Spaanse democratie is ontwikkeld.

Deze versie van de Transitie is ernstig onjuist en komt niet overeen met de feiten die tijdens die periode plaatsvonden. Verre van voorbeeldig te zijn, werd dat proces overheerst door dezelfde krachten die de dictatoriale staat controleerden, en die die verandering leidden en stuurden. De conservatieve krachten controleerden alle onderdelen en bestuursmiddelen van de staat, evenals de grote meerderheid van de media van het land, terwijl links nog maar net uit de clandestiniteit tevoorschijn was gekomen. Het was geen pact tussen gelijken noch een breuk met de voorafgaande staat. In werkelijkheid diende het openstellen van die staat om links op een ondergeschikt niveau in zich op te nemen, en te onderwerpen aan een kieswet die duidelijk in het nadeel van links werkte. De Grondwet voorstellen als een product van overleg tussen gelijken, zonder toe te geven dat die Grondwet gedomineerd was door de krachten die de Transitie overheersten, is een propagandistische frivoliteit, die fundamenteel gepropageerd werd door rechts en, soms, door de sectoren van de regereerders aan de linkerzijde die zich snel aan die staat aanpasten.

De gevolgen van dat modelloze proces: uiterst beperkte democratie, een nauwelijks bestaand sociaal welzijn en de niet-erkenning van het recht om zelf te beslissen

De consequenties van die conservatieve heerschappij zijn enorm. Eén daarvan is het uiterst beperkte besluitvormingsvermogen van de burgers met betrekking tot het regeren van het land. Democratie in Spanje betekent om de vier jaar (binnen een weinig representatief kiesstelsel) voor politieke partijen te stemmen die geen interne democratie kennen, die worden geregeerd door élites die, met een minimale transparantie zichzelf bestendigen en die, door hun ondoorzichtigheid, gemakkelijk ingeschakeld kunnen worden voor financiële en economische belangen. De modelloze Transitie keurde deze visie op democratie goed, waardoor de politiek wordt teruggebracht tot „politiekerij tussen de leiders“. Vormen van directe democratie, zoals referenda (of adviserende volksraadplegingen), zijn moeilijk, of zelfs onmogelijk te verwezenlijken.

Deze uiterst beperkte democratie, binnen een staat die met weinig vernieuwingen van een vroegere staat geërfd is, verklaart verscheidene feiten. Eén, de enorme onderontwikkeling van de welzijnsstaat in Spanje. Vijfendertig jaar na het begin van de democratie, heeft Spanje één van het de laagste uitgaven voor openbare en sociale zaken in de EU-15 (de groep landen met een met Spanje vergelijkbaar economisch ontwikkelingsniveau). Ik heb uitgebreid over dit onderwerp geschreven (zie: Bienestar insuficiente, democracia incompleta. Sobre lo que no se habla en nuestro país. [Niet toereikend welzijn, onvolledige democratie. Waarover in ons niet land wordt gesproken], 2002). Deze onderfinanciering wordt zelfs nog versterkt door het bezuinigingsbeleid (d.w.z. bezuinigingen op de openbare uitgaven), dat beoogt de openbare diensten van de welzijnsstaat te privatiseren. Vanaf 2008, wordt de welzijnsstaat verzwakt en/of afgebroken door de Spaanse regeringen, die daarbij incorrect redeneren dat er geen ander alternatief is. Om deze ontmanteling te rechtvaardigen gebruiken zij het argument dat de Spaanse staat haar soevereiniteit verloren is en dat zij zich moet houden aan de door de Troika opgelegde normen teneinde in de Euro-zone te kunnen blijven. Ik heb uitgebreid geschreven over het ontbreken van bewijzen voor deze argumenten. In feite bereiken zowel de banken als de werkgevers wat zij altijd al wilden: de arbeidsrechten verzwakken, de welzijnsstaat privatiseren en de lonen verlagen. Het openbare beleid van de centrale overheden en de meeste autonome overheden is hiervoor verantwoordelijk geweest.

Het onderwerp van de nationaliteiten is niet ook niet opgelost

Een ander gevolg van de heerschappij van de erfgenamen van de winnaars van de Burgeroorlog in het Transitie-proces was het opnemen in de Grondwet van de visie van het Spanje van hun voorvaderen, die zichzelf definieerden als de "Nationalen". Deze visie ontkende de pluri-nationaliteit van Spanje, door te weigeren de verschillende naties te erkennen waaruit het land bestaat, en door een mono-nationale staat op te leggen, opgebouwd rondom het politieke en media-establishment in Madrid. De Staat van de Autonomie (het "café voor iedereen“) was in feite de manier om deze pluri-nationaliteit te ontkennen, waarbij een administratieve decentralisatie toegestaan werd in een normatief duidelijk gecentraliseerd kader. Een indicator van deze centralisatie is het radiale systeem van vervoer. Het vergt weinig meer dan twee uur om van Barcelona met de trein naar Madrid te gaan, maar iets meer dan zes uur van Barcelona naar Bilbao, terwijl de afstand gelijk is. Deze mono-nationale visie van Spanje is opgenomen in de Grondwet, die aan het leger (de opvolger van het leger dat een militaire staatsgreep tegen een democratische staat had gepleegd) de opdracht geeft om de eenheid van Spanje te verdedigen (een unicum in de Europese grondwetten) en het direct plaatst onder de Koning, die het staatshoofd is én de bevelhebber van de strijdkrachten. Dit waren clausules die de Koning en het leger opgelegd hadden, zoals is toegegeven door voorvechters van die Transitie.

Deze ontkenning van het pluri-nationale karakter is een constant gegeven in de democratische periode. En het laatste voorbeeld daarvan zijn de ingrepen en de veto's bij het laatste Estatut, geïnitieerd door de drie-partijenregering van Catalonië onder leiding van Maragall (en later door Montilla), waarmee gepoogd werd Spanje opnieuw te definiëren en daarbij het beeld van het van de staatsgreep geërfde Spanje te vervangen door een meervoudig en pluri-centraal Spanje. De mislukking van dit project was waardoor er voor Catalonië geen ander alternatief overbleef dan het volk te mobiliseren om de erkenning te eisen van Catalonië als soevereine natie, met het volledig recht om te beslissen over haar toekomst, waarbij de onafhankelijkheid als een van de andere alternatieven wordt overwogen. De grote meerderheid van de Catalaanse bevolking (75% volgens de laatste onderzoeken) is het eens met het houden van een referendum over de toekomst, zoals de bevolking die wenst voor Catalonië.

Democratie betekent het recht om te beslissen

De twee tegenover elkaar staande polen van het nationalisme - de "Españolistas", het extreemste, overheersende en verstikkende nationalisme, en de Catalanisten - willen dit recht voorstellen als een petitie om Catalonië van de Spaanse staat los te maken. Deze manipulatieve interpretatie komt niet overeen met de werkelijkheid. Het aantal mensen dat het zelfbeslissingsrecht wenst uit te oefenen is groter dan dat van degenen die Catalonië van de Spaanse staat willen afscheiden. Catalonië zou een soevereine staat kunnen zijn binnen een federale Spaanse staat. In feite heeft, historisch gezien de grote meerderheid van de linkse politieke krachten, Catalaans zowel als Spaans, deze vorm van een federale staat gewenst, waarbinnen elke natie over zijn toekomst kan beslissen. De fascistische "nationalen" noemden de Catalanen -zoals president Companys- "separatisten", die een Catalaanse staat wensten binnen een Spaanse federatie. Zij waren niet anti-Spanje (zoals ze beschuldigd werden), maar zij waren mensen die vroegen om een herdefiniëring van wat Spanje en zijn staat was.

Het is belangrijk te benadrukken dat zelfs de linkse Spaanse politieke partijen tijdens hun clandestiene periode vroegen om het recht om te beslissen (dat werd het zelfbeschikkingsrecht genoemd) voor de verschillende naties (zelfs recent bij het Congres in oktober 1974 te Suresnes, benadrukte de PSOE dat "de definitieve oplossing van het probleem van de nationaliteiten en de regio's die de Spaanse staat vormen noodzakelijkerwijs uitgaat van de volledige erkenning van hun zelfbeschikkingsrecht, hetgeen met zich meebrengt dat elke nationaliteit en elke regio in vrijheid kan bepalen welke betrekkingen zij wil hebben met de rest van de volkeren die de Spaanse staat vormen" (Resolutie over nationaliteiten en regio's). En recenter, bij het 27e Congres van de PSOE in december 1976, werd goedgekeurd dat de „Socialistische Partij de vrije uitoefening van het recht op zelfbeschikking zal bepleiten voor alle nationaliteiten en regio's, die op voet van gelijkheid de federale staat zullen vormen die wij beogen... De grondwet zal het zelfbeschikkingsrecht waarborgen“, daarbij bevestigend dat "de historische analyse ons leert dat in de huidige conjunctuur de strijd voor de bevrijding van de nationaliteiten... niet strijdig is met het internationalisme van de arbeidersklasse, maar dit aanvult"). Tijdens de Transitie verlieten de Spaanse linkse partijen deze doelstelling en keurden zij de door koning en het leger opgelegde voorwaarde goed, waardoor zij zich tot de grote ondersteuners maakte van die Grondwet.

De veranderingen in Catalonië (en in Spanje)

Het "Españolistische" nationalisme maakt een strakke uitsluiting en definieert degenen die een ander beeld van Spanje hebben als anti-Spanjaarden. Zijn starheid en onverdraagzaamheid verklaren de grote toename van degenen die naar onafhankelijkheid streven om zo dit Spaanse nationalisme te verwerpen. En deze verwerping omvat ook grote groepen van de Catalaanse bevolking die zich Spaans, en ook links voelen. Zij willen zich afscheiden van de Spaanse staat zonder naar onafhankelijkheid te streven, omdat zij niet geloven dat deze Spaanse staat een pluri-nationale democratische staat kan worden, met een grotere representatieve democratie, verrijkt met vormen van directe democratie, met volledige diversiteit van ideologieën in de media en met een openbaar beleid met een grotere maatschappelijke betrokkenheid.. In feite wordt deze Spaanse staat ook niet als representatief gevoeld door het grootste deel van het Spaanse burgers, die staan achter het motto van de "15 mei"-beweging: "Zij vertegenwoordigen ons niet." Het is dringend noodzakelijk dat er contacten gelegd worden tussen beide zijden van de Ebro om het verwerpen van de huidige staat te vergemakkelijken.

Het probleem dat zich in Catalonië voordoet is niet de vraag of de volksraadpleging al dan niet zal worden toegestaan. Dat is niet het grote probleem, hoe vreemd dat ook moge lijken. Op een of andere manier komt die volksraadpleging er, legaal of illegaal, wanneer de meerderheid van de Catalaanse bevolking dat wenst. Het probleem is de Transitie naar het andere Catalonië dat door het grootste deel van de bevolking wordt gewenst, al dan niet onafhankelijk. Het is in ieder geval duidelijk dat het grootste deel van de Catalaanse bevolking een ander Catalonië wil. Essentieel is hoe dat bereikt kan worden. In Spanje bestaat al het voorbeeld waarbij de politieke machten die de Transitie overheersten, ook het eindresultaat van die Transitie beheersen. Datzelfde zou in Catalonië ook kunnen gebeuren. De verwerping van de Spaanse staat, wat iets anders is dan de verwerping van Spanje (een wens van slechts een kleine minderheid in Catalonië), volstaat niet om een rechtvaardiger, solidairder en democratischer Catalonië te waarborgen. En dat is de werkelijke uitdaging. Conservatieve en neoliberale krachten die, samen met hun zielsverwanten in de Spaanse staat, de hervormingen hebben goedgekeurd die de zo voelbare verslechtering van het sociale Catalonië benadrukken, blijven een grote politieke en media-macht behouden in Catalonië, door het beheer van de openbare media van de Generalitat en het misbruik daarvan. Er is veel gesproken over dit misbruik door de onafhankelijksstrevers. Maar het misbruik is even sterk geweest bij de bevordering van het neoliberalisme. Het programma "Lliçons d'Economia" [Economie-lessen] van TV3 propageert de theorieën van de ultraliberale econoom van het huis (dat voorspelbaar naar onafhankelijkheid streeft), die de welzijnsstaat wil ontmantelen en de openbare diensten en de pensioenen in Catalonië wil privatiseren, maatregelen die enorm schadelijk zijn voor de gewone bevolking van Catalonië. Intussen wordt links systematisch uitgesloten van de media. De laatste tijd duiken er politiek-sociale bewegingen op - zoals het Procés Constituent - die zich over Catalonië uibreiden en die de bevolking aan het mobiliseren zijn om een alternatief te bieden, waardoor de linkse partijen gestimuleerd worden om een gezamenlijk alternatief front te vormen, dat een Catalonië van het volk eist.


Deze agitatie in Catalonië loopt parallel met de grote sociale agitatie tegen de Spaanse staat, een staat die gebruikt wordt door de financiële en economische machten, die Europa benutten om hun doelstellingen te realiseren. Vandaar de enorme waarde van de door "15-mei" geïnitialiseerde bewegingen, die vraagtekens zetten bij de conventionele wijsheid, die ons overgeleverd heeft aan een voor de gewone bevolking duidelijk ongunstige situatie. Dit verklaart het enorme diskrediet van de staat en zijn verlies aan legitimiteit. Dit establishment klampt zich vast aan de Grondwet (zoals we Felipe González in Salvados hebben zien doen) als het wettelijk middel voor het veiligstellen van zijn belangen, waarbij de wet met legitimiteit wordt verwisseld. De gewone bevolking is verontwaardigd en ziet dat de politieke instellingen niet gevoelig zijn voor haar verlangens en eisen. Vandaar de grote urgentie en het belang van politiek-sociale bewegingen die druk uitoefenen om een tweede Transitie af te dwingen, die het mogelijk maakt om een uiterst beperkte democratie te vervangen door een werkelijk participatieve en representatieve democratie die op dit moment in Spanje niet bestaat.


(*) Voor de duidelijkheid heb ik links toegevoegd die een aantal - misschien niet voor iedereen bekende - begrippen toelichten.

Geen opmerkingen: