dinsdag 26 januari 2010

Terwijl de VS een langdurige bezetting voorbereiden, zitten de slachtoffers van de aardbeving in Haïti nog steeds zonder hulp (overgenomen artikel)

Door Bill Van Auken, gepubliceerd op de WSWS op 23 januari 2010

Bij de grootschalige militaire inzet van de VS in Haïti, die naar verwachting zal bestaan uit 20.000 soldaten op het land en op schepen vóór de kust, heeft een officiële functionaris van de VS aangegeven dat Washington zich aan het voorbereiden is voor een langdurige bezetting van de verarmde en door een aardbeving verwoeste Caraïbische natie.


"We zijn hier voor een lange tijd, dit is niet iets dat snel en gemakkelijk zal worden opgelost", zei in Haïti ambassadeur Alejandro Wolff, de plaatsvervanger van de permanente vertegenwoordiger van de VS bij de Verenigde Naties na een bijeenkomst om hulp voor het gehavende land.

Naast de VS namen ook vertegenwoordigers uit Brazilië, Canada, Frankrijk, Haïti en Uruguay deel aan de besprekingen. Canada en Frankrijk zijn belangrijke donors voor Haïti, terwijl Brazilië en Urugay elk met meer dan 1.000 militairen deelnemen aan de vredesmissie van de Verenigde Naties, die de belangrijkste bezettingsmacht was vóór de aardbeving.

Eerder kapittelde Wolff in de Verenigde Naties de regeringen van Nicaragua, Bolivia en Venezuela, die Washington beschuldigd hadden de tragedie in Haïti uit te buiten voor een militaire bezetting van het land.

Hij beschuldigde de drie Latijns-Amerikaanse regeringen ervan te proberen "de zaak te politiseren met tendentieuze verklaringen op basis van onjuiste informatie" en "op belachelijke wijze te spreken over een samenzwering en bezetting".

In Haïti zelf nemen de woede en de protesten toe over de militarisatie door de VS als reactie op een ramp die een geschat aantal van 200.000 levens gekost heeft, terwijl nog een kwart miljoen mensen gewond zijn en miljoenen dakloos zijn geworden.

Humanitaire hulpverleners en medische teams hebben het leger van de VS, "dat eenzijdig de controle over het vliegveld en de havenfaciliteiten van het land heeft overgenomen", ervan beschuldigd de eerste prioriteit te geven aan de inzet van zijn troepen en de evacutatie van VS-burgers. De levering van wanhopig benodigde medische benodigdheden en apparatuur werd naar het tweede plan verdrongen. Medische hulporganisaties hebben ervoor gewaarschuwd dat er door het ontbreken van elementaire artikelen en medicijnen nog eens tienduizenden zullen sterven aan de gevolgen van bij de aardbeving opgelopen verwondingen.

Terwijl naar verluidt nu, 11 hele dagen na de aardbeving, de steun het land binnen begint te stromen, wordt gemeld dat die nog steeds niet degenen bereikt die wanhopig hulp nodig hebben.

"Grote hoeveelheden medicijnen, babyvoeding en andere hulpgoederen liggen nog op de landingsbaan en in opslagplaatsen op het vliegveld van Port-au-Prince, maar niemand haalt ze daar weg." meldde CNN News donderdag.

De medische correspondent van de zender, Sanjay Gupta, bezocht de opslagplaats en sprak met officieren die daar belast waren met de activiteiten.

De militairen "gaven Gupta een vuilniszak vol hulpmiddelen die hij kon meenemen naar een eerder door hem bezocht ziekenhuis, maar konden niet uitleggen waarom er geen georganiseerd distributiesysteem leek te bestaan," meldde CNN.

Philippe Bolopion, een correspondent van de televisiezender FRANCE24, meldde vanuit een geïmproviseerd kamp van aardbevingsslachtoffers juist buiten het vliegveld, waar de voorraden zich opstapelen: "Je zou denken dat deze mensen geholpen zouden worden, maar dat worden ze niet. Er zijn vier toiletten voor 3.500 mensen; die waren, natuurlijk, verstopt. Ze hadden geen eten en heel weinig water. De enige daar aanwezige internationale organisatie was het Spaanse Rode Kruis. De mensen konden niet begrijpen waarom de vrijgevigheid van de wereld hen niet bereikt. Het is werkelijk moeilijk dit te begrijpen.

Ook Fran Sevilla, een correspondent van Radio Televisión Española (RTVE), meldde: "Er is nog steeds geen distributie van humanitaire hulp, van voedsel en water. Ik vraag me af hoe al deze mensen in leven blijven. Ik vraag of iemand hen helpt, of ze iets krijgen, en het antwoord luidt steeds 'nee'. Ze blijven in leven dankzij de onderlinge solidariteit, waarbij families en groepen vrienden het weinige dat ze hebben, het weinige dat ze kunnen krijgen, met elkaar delen."

Duidelijk ontstemd over de verslaggeving van de buitenlandse media, heeft het VS-leger hen donderdag weggejaagd van het vliegveld, waardoor ze nu maar moeten uitzoeken waar ze in de gesloopte Haïtiaanse hoofdstad terecht kunnen.

Intussen meldde de Verenigde Naties donderdag dat er in Port-au-Prince wel 700.000 daklozen zijn, waarvan er veel in zo'n 500 kampen leven in parken en op braakliggende terreinen, met weinig meer om hen tegen de zon te beschermen dan lakens.

Vertegenwoordigers van de VN hebben donderdag laat, samen met hulpverleners, 350 van deze kampen bezocht en meldden dat slechts zes ervan de beschikking hadden over drinkwater. Volgens de VN zijn 45 procent van de slachtoffers van de aardbeving kinderen onder de 18 jaar, en 18 procent is jonger dan 5 jaar. Naar verwachting zal hun situatie slechter worden, omdat gezondheidsfunctionarissen ervoor waarschuwen dat infectieziekten zich als een veenbrand kunnen verspreiden in deze geïmproviseerde kampen. Voor begin volgende week wordt regen verwacht, waardoor deze kampen zouden kunnen overstromen. Daardoor zouden ideale omstandigheden ontstaan voor de verspreiding van knokkelkoorts, tyfus en malaria.

Het beetje dat er nog over is van de Haïtiaanse regering, "nadat Washingtons marionet President René Préval alle werkelijke macht heeft overgedragen aan het Pentagon en hij praktisch verdwenen is", heeft gereageerd op deze crisis door voor te stellen dat 400.000 mensen uit Port-au-Prince geëvacueerd moeten worden. 100.000 hunner zouden moeten worden overgebracht naar kampen bij de stad Croix-des-Bouquets ten noorden van de hoofdstad.

Daar zijn echter geen kampen en tot op heden heeft de regering slechts gezorgd voor 34 bussen om deze massa mensen te vervoeren.

Een ander signaal van de misdadige ontoereikendheid van de hulpoperaties is dat de autoriteiten van de VN en de VS hebben aangekondigd dat pogingen om degenen die nog vastzitten onder het puin van ingestorte gebouwen in Port-au-Prince te bevrijden beëindigd zullen worden, aangezien het niet waarschijnlijk is dat er nog overlevenden zijn. Van de 43 naar Haïti gekomen hulporganisaties zijn er nog maar 10 niet vertrokken.

Deze inzet - die vanaf het begin ongecoördineerd en met véél te weinig middelen gerealiseerd werd - wordt beëindigd, terwijl er donderdag nog twee mensen levend uit de ruïnes van gebouwen vandaan gehaald zijn. Ongetwijfeld zullen er nog veel meer aan de dood worden overgeleverd.

Men kan voorspellen dat met het einde van deze dramatische inspanningen om levens te redden, ook de grote media uit Haïti zullen vertrekken, waardoor de informatie over de nog steeds voortdurende tragedie van het Haïtiaanse volk en over de doden die nog zullen komen zal verminderen.

Het is ook waarschijnlijk dat er weinig aandacht zal worden besteed aan de activiteiten van het VS-leger en hun hulptroepen in de VN-vredesmacht en de Haïtiaanse politie bij het onderdrukken van de onrust onder het volk.

Er zijn aanwijzingen dat dit al begonnen is. De Haïtiaanse politie schoot woensdag een 20-jarige timmerman, Gentile Chérie, dood, nadat ze hem met zakken rijst hadden zien lopen. Een andere man, die bij hem was, raakte ernstig gewond. Beiden werden in de rug geschoten.

De politie beweerde dat ze de rijst gestolen hadden, maar de gewonde man zei dat een vrachtrijder hun de zakken gegeven had. Plaatselijke bewoners en winkeliers zeiden dat geen van beide mannen een dief was. CNN meldde dat de Haïtiaanse politie weigerde te bevestigen of ze opdracht hadden gekregen om meteen te schieten op vermeende plunderaars.

Intussen filmde een Cubaanse televisieploeg hoe VN-soldaten rubber kogels en traangasgranaten afvuurden op grote groepen Haïtianen die zich naar het door de VS bezette vliegveld hadden begeven om voedsel en werk te zoeken.

Terwijl de woede toeneemt over de misdadige nalatigheid die de reactie van de VS op de ramp in Haïti kenmerkt, stijgt ook de verontwaardiging over wéér een militaire bezetting van Haïti door de VS. De Verenigdestaatse troepen zullen onvermijdelijk worden ingezet om protesten en verzet te onderdrukken.




Copyright © 1998-2010 World Socialist Web Site - Alle rechten voorbehouden - (vertaling: Dwarslezer)

Geen opmerkingen: