zaterdag 15 december 2007

Wie durft er nog te denken nu?

We worden in Nederland, in het kader van de bangmakerij ter bevordering van de neoliberale uitbuitingsgolf, alweer een tijdje geteisterd met walgelijke propaganda-uitingen, bestaande uit vetzwarte letters op een ondergrond van de nationale bastaardkleur (rood + geel =) oranje, waarin ons verteld wordt dat er door zo veel mensen zo uitstekend gewaakt wordt over onze veiligheid, dat we niks merken van de terroristische dreiging. Door die propaganda-campagne moeten wij uiteraard denken dat het in Nederland zo veilig is dankzij de waakzaamheid van de overheid, en we moeten ons vooral niet afvragen of het misschien zo veilig is omdat er helemaal geen terroristische dreiging bestaat.

De hele campagne doet een beetje denken aan het oude grapje van Urbanus, die een of ander poeder uit het treinraampje strooit en tegen zijn mede-reizigers vertelt dat het anti-olifanten-poeder is. De begrijpelijke reactie van een van die mede-reizigers dat er hier helemaal geen olifanten leven, wordt door de strooier gepareerd met de zelfbevestiging: "Goed poeier, hè!"

In de
Metro en Spits van eergisteren (en ongetwijfeld in nog heel wat andere kranten, maar daarop heb ik verder niet gezocht) stond weer eens zo'n pagina-grote advertentie met de nevenstaande tekst. Onderaan stond in kleine lettertjes uitgelegd wat er eigenlijk bedoeld werd (ouders moeten hun kinderen respect bijbrengen voor andere mensen en opvattingen, leraren moeten het verschil tussen debatteren en beledigen uitleggen), maar dé boodschap (wie leest immers de kleine lettertjes in een advertentie?) is dat over ons gewaakt wordt en dat er kennelijk mensen zijn die terroristische ideeën kunnen krijgen - en dat moet voorkomen worden.

Heb ik nu terroristische ideeën, wanneer ik vind dat de monarchie afgeschaft moet worden; of iemand die aan de borreltafel zegt dat minister Donner een flink pak slaag verdient?

Maar dat is het niet eens... Het is niet zo dat terroristische ideeën (hoe die dan ook gedefinieerd worden) afgestraft moeten worden, maar er moet zelfs voorkomen worden dat iemand terroristische ideeën krijgt. Dat impliceert dus dat vooraf vastgesteld moet worden, wie die ideeën zou kunnen krijgen.

Moet straks van iedere burger het DNA onderzocht worden, zogenaamd om vooraf te kunnen bepalen voor welke ziektes iedereen vatbaar is, zodat preventieve behandelingen kunnen voorkomen dat die ziekte uiteindelijk optreedt? Aan niemand zal uiteraard verteld worden dat al die DNA-monsters ook worden opgeslagen in een ultra-geheime databank, waar ze dan door stiekeme engerds geanalyseerd kunnen worden om vast te stellen wie vatbaar is voor het krijgen van terroristische ideeën, zodat die mensen vast kunnen worden uitgeschakeld? Misschien kunnen die mensen aan een drugs- of alcoholverslaving geholpen worden, zodat ze vanzelf van de aardbodem verdwijnen. Of misschien kunnen ze vast preventief worden opgesloten in geheime gevangenissen op NAVO-bases of in Marokko? Het idee van het vooraf vaststellen van de eventuele criminele geaardheid van iemand is tenslotte niets nieuws. Denk maar aan Cesare Lombroso (1835-1909) of Wouter Buikhuisen (1933-....).

Hoe ver kunnen de grondwettelijke vrijheden nog worden uitgehold? Het gaat hier al niet meer om de vrijheid van meningsuiting of van meningsvorming, maar zelfs om die van toekomstige, eventuele meningsvorming.

Geen opmerkingen: